Inzicht winter 2020: dana door Femke

Over Dana

Femke, met voorwoord en naschrift door Pauline

Enige jaren geleden, toen Femke nog geen begeleider was, maar penningmeester in het bestuur van BCH, schreef zij een mooi stuk over vrijgevigheid (dana). In tijden van transitie en pandemie is dit stuk opnieuw heel actueel en lezenswaardig. Ons centrum komt volledig voort uit en drijft geheel op dana. Het bestaat alleen maar dankzij de belangeloze inzet van vele sanghaleden.

Dana, de eerste van de zes paramita’s

Dana, of vrijgevigheid, is de eerste van de zes boeddhistische kwaliteiten of paramita’s: vrijgevigheid, ethische discipline, geduld, doorzettingsvermogen, meditatieve concentratie en onderscheidende wijsheid. Vrijgevigheid vormt de basis waarop de andere vijf paramita’s zich ontwikkelen en van waaruit uiteindelijk het lijden te boven wordt gekomen. Paramita betekent dan ook letterlijk ‘voorbijgaan’. Vrijgevigheid gaat om geven zonder gehechtheid. Wanneer je je eigen vrijgevigheid onderzoekt en oefent, onderzoek je dus je eigen gehechtheden en oefen je onthechting. In dit stukje onderzoek ik hoe ik mijn eigen vrijgevigheid ervaar, wat verschillende Boeddhistische tradities over vrijgevigheid te zeggen hebben en hoe we er binnen BCH mee omgaan.

Dana voelt als rijkdom en geluk

Het voelt rijk en maakt mij gelukkig als ik vrijgevig kan zijn. Als ik een dakloze een paar euro kan geven voor de daklozenopvang, als ik er kan zijn voor een vriendin die het moeilijk heeft, of als ik zoals vanavond voldoende tijd en energie over heb om een stukje te schrijven voor de nieuwsbrief. Geld, aandacht, tijd, drie dingen die je kunt geven aan anderen.

Dat lukt natuurlijk niet altijd. Soms ren ik de Albert Heijn in om nog snel even boodschappen te doen en dan is de straatkrantverkoper voor de deur me net even teveel. Niet omdat ik die paar euro dan niet kan missen, maar omdat ik de tijd en de aandacht even niet kan opbrengen. Mijn straatkrantverkoper mag graag een praatje maken en daar voel ik niet altijd ruimte voor. Vrijgevigheid is dan even niet aan de orde. Dankzij mijn beoefening merk ik dit onvermogen wel op. De relatie met mijn straatkrantverkoper is daarmee inmiddels een aardige graadmeter voor de hoeveelheid ruimte die ik in mezelf ervaar om vrijgevig met mijn tijd te zijn. Ik probeer mezelf meestal niet te dwingen om toch de tijd te maken voor een praatje, maar ik sta vaak wel even stil bij de vraag waarom ik zo aan het rennen ben en of dat ook wat minder kan. En soms weet ik tijdens mijn boodschappenrondje door de supermarkt ruimte te creëren en neem ik als ik weer buiten ben alsnog tijd voor een praatje.

Volgens een artikel van Lama Zeupa in het Boeddhamagazine van herfst 2010 dien je niet te geven met bedroefdheid, boosheid of een verontruste geest. En de gever dient gelukkig te zijn vóór het geven, een heldere geest te hebben tijdens het geven en zonder spijt ná het geven. Dana lijkt dus niet iets te zijn dat je jezelf als plicht moet opleggen, dan is het geen dana. Dana die van buitenaf wordt opgelegd of waar te nadrukkelijk om wordt gevraagd, geeft mij ook zelden een rijk en gelukkig gevoel. Ik ervaar dat bij sommige mensen in mijn omgeving die op een wat manipulatieve manier tijd of aandacht vragen, waarbij ik het gevoel krijg dat ze mij verantwoordelijk maken voor hun geluk.

Daar worstel ik mee. Vaak wil ik deze mensen wel wat geven en doe ik dat ook, maar dat geven heeft voor mij dan niet de kwaliteit van dana die voelt als rijkdom en geluk.

Dana en BCH

Behalve het geven van geld, tijd en aandacht, wordt het onderwijzen van de dharma gezien als de hoogste vorm van vrijgevigheid. Er wordt daarbij ook vaak gezegd dat het niet boeddhistisch zou zijn wanneer je als meditatieleraar geld voor je onderricht zou vragen. Meditatieleraren zouden het moeten zien te rooien op basis van de vrijgevigheid van anderen. In praktische zin is dat in onze cultuur en tijd lastig vol te houden. We zijn zo gewend om te horen wat iets kost, dat we het lastig vinden wanneer we worden uitgenodigd om zelf te bedenken wat we ergens voor willen geven. In de praktijk wint onze Nederlandse zuinigheid het al rap van onze gulheid en op basis daarvan wordt het lastig de huur en de gasrekening te betalen.

Binnen BCH bewandelen we daarom een middenweg. De begeleiders, bestuursleden en vele anderen zetten zich vrijwillig in om meditatie, onderricht en de andere activiteiten binnen BCH mogelijk te maken. Ze willen en krijgen daar niets voor betaald of vergoed. Voor hen is dit een vorm van vrijgevigheid. Aan de andere kant vragen we voor veel activiteiten die we organiseren wel een (minimale) bijdrage in de kosten. Op die manier zijn we redelijk zeker dat we de vaste lasten van de Uilebomen kunnen dragen. We noemen dit bewust een bijdrage in de kosten en geen dana. Dana komt voort uit je eigen drive om de ander iets te geven, los van de verwachtingen van de ander en los van het idee van ‘voor-wat-hoort-wat’.

Een tijdje terug sprak iemand uit de sangha mij aan. Ze vroeg mij of het bestuur dana niet meer onder de aandacht zou moeten brengen. Specifiek vroeg ze mij aandacht voor het geven van giften aan degenen die een retraite leiden. Dit is binnen veel tradities gebruikelijk. Binnen BCH kiezen we er bewust voor om hier niet gericht aandacht voor te vragen en dat heeft veel te maken met wat ik eerder schreef. Vrijgevigheid waar al te nadrukkelijk om wordt gevraagd, heeft al snel niet meer de echte kwaliteit van dana.  Dana die – in mijn geval – voelt als rijkdom en geluk. Vrijgevigheid waar al te nadrukkelijk om wordt gevraagd, doet meer denken aan dienst en wederdienst.

Maar vrijgevigheid is wel een goede boeddhistische kwaliteit om te ontwikkelen. En ik wil jullie uitnodigen om te onderzoeken wanneer je oprecht vrijgevig bent, hoe dat voelt en of je daar meer ruimte voor kunt maken. Dat kan overal. Binnen BCH, door het geven van een financiële bijdrage, door mee te helpen als vrijwilliger, bij de schoonmaak, het onderhoud van de tuin of het organiseren van activiteiten. Maar het kan natuurlijk ook buiten BCH.

Ontvangen van dana

De Boeddha zei dat de gever gelukkig dient te zijn vóór het geven, een heldere geest te hebben tijdens het geven en zonder spijt ná het geven. Sommige tradities benadrukken dat dat ook verantwoordelijkheden schept voor degene die dana ontvangt. Deze tradities stellen dat je als ontvanger van dana de verantwoordelijkheid hebt om zorgvuldig met de gift om te gaan en deze voor heilzame doelen te benutten, zodat degene die vrijgevig was zich in zijn gift kan blijven verheugen. Mij spreekt dit wel aan. Ik zie het als een soort wedergift van de ontvanger aan de gever.

Andere tradities hebben het hier niet over, omdat er ook een valkuil in zit. Voor je het weet creëer je een beeld van een ideale wereld waarin iedereen vrijgevig is en niemand meer iets tekort komt. Er is een film waarin dit als een gedachte-experiment wordt uitgewerkt. Een jongetje neemt onbaatzuchtig een zwerver mee naar huis en geeft hem onderdak. Als dank vraagt hij niets terug voor zichzelf, alleen het verzoek om voor drie anderen een vergelijkbare onbaatzuchtige daad te doen en hen op hun beurt te vragen hetzelfde te doen voor drie anderen, enzovoort, enzovoort. Zo ontstaat een positief piramidespel waar iedereen beter van wordt.

De valkuil is dat we ons laten leiden door dit ideale beeld en dat we vrijgevig zijn vanuit gehechtheid aan dit ideale maatschappijbeeld. Daarom zijn er ook tradities die benadrukken dat vrijgevigheid los moet staan van welke gehechtheid dan ook en dat het niet uit zou moeten maken wat de ontvanger met jouw gift doet. Als je verder denkt in deze lijn is het ook interessant om vrijgevigheid te oefenen naar mensen die in jouw beleving al meer dan genoeg hebben.

Of je nou wel of niet vindt dat je als ontvanger van dana verantwoordelijkheid hebt om op een goede manier met een gift om te gaan, misschien wil je weten hoe we binnen BCH omgaan met geldelijke giften. Het bestuur voelt zich verantwoordelijk om deze giften op een goede manier te besteden. Op kleine schaal geven we zelf weer giften aan anderen . Zo leveren we bijvoorbeeld een bescheiden bijdrage aan de jaarlijkse interreligieuze prinsjesdagviering. Ook de Stichting Vrienden van het Boeddhisme heeft al een aantal malen een gift van ons ontvangen. Deze stichting maakt o.a. de Nederlandse vertalingen van de Pali-canon mogelijk. Een waardevol project, waar wij graag een bijdrage aan leveren.

Dana in tijden van Corona

De afgelopen jaren hebben we de giften deels gebruikt om de kosten die we maken te dekken. Dit willen we blijven doen, zodat de minimale bijdrage die we nu vragen, ook in de toekomst laag kan blijven. Ook werden in de loop der jaren met behulp van de giften reserves opgebouwd. Die komen inmiddels goed van pas, omdat BCH over 2019 een verlies van meer dan € 8.000 heeft geleden. Dit bedrag kon zonder enig probleem vanuit ons eigen vermogen worden gedekt. Maar we teren daar inmiddels dus wel op in.

In de afgelopen maanden stonden, zoals bij veel organisaties, ook bij ons de inkomsten onder druk. De jaarcursus en donderdagavonden stopten plotseling en moesten worden verplaatst naar de digitale snelweg. Tijdens de zomerretraite konden minder mensen mee en de winterretraite wordt o.a. door de capaciteitsbeperking helaas duurder. Om die reden hebben het bestuur en de begeleiders het belang van dana de laatste tijd weer wat actiever onder de aandacht gebracht. Wist je dat je lid kan worden van BCH en het centrum zo op een structurelere manier jaarlijks kunt steunen? Voor een bedrag naar keuze (met een minimum van € 35) kun je lid worden en daar krijg je niets voor terug. Het is dus een prachtige vorm van dana.

De beperkende maatregelen die we hanteren om verspreiding van het Coronavirus tegen te gaan, hebben tot gevolg dat maar maximaal 14 personen tegelijk in het centrum aan activiteiten kunnen deelnemen. Meer dan voorheen is het jammer wanneer je je aan het begin van een cursus of reeks weer afmeldt, want vaak hebben we andere mensen dan al moeten teleurstellen. Hier kun je ‘dana’ beoefenen in de vorm van aandacht bij het inschrijven:

  • meld je snel af indien blijkt dat je niet langer kunt komen, en stel je plaats beschikbaar;
  • wij benaderen mensen op de wachtlijst om opengevallen plekken weer op te vullen;
  • fijn als je snel op zo’n mailtje reageert, want als jij niet kunt, benaderen we de volgende op de wachtlijst.

Naast veel narigheid en lijden dwingt deze Coronatijd ons kortom ook tot creativiteit en daagt ze ons uit om nieuwe vormen van dana te oefenen en ontdekken!

Dana en de Sangha

Hoewel we meerdere cursussen verzorgen binnen BCH, willen we in de eerste plaats een actieve sangha zijn, een groep mensen die samen de dharma beoefent. We zijn heel blij dat alle deelnemers van de maandag en de donderdag – de Avonden van de beoefening – de afgelopen maanden daar actief aan hebben bijgedragen. Door met elkaar uit te wisselen over de beoefening, door mede de avonden voor te bereiden en door meditaties te begeleiden. Ook dat is dana!   

Terug naar de inhoudsopgave van Inzicht winter 2020